dinsdag 31 augustus 2010

Klein van gestalte, groot van hart

Is De kleine Christiaan een verwijzing naar Le petit Prince of heeft de auteur andere beweegredenen? Blutch is het pseudoniem van Christian Hincker, wat doet vermoeden dat de auteur voor deze herinneringsreconstructie puurt uit zijn jeugdige leven. Deze Nederlandstalige editie voegt de twee Franse delen samen. In tegenstelling tot Blotch zit er wel een breuk in de episodes. Niet enkel door de toevoeging van de minimale kleur, ook de manier van vertellen boet in aan kracht. De sterke, uit de holster getrokken penseelduels uit de beginfase vervoeren je naar een tijd toen we opkeken naar grootse, stoere filmhelden. Zich inbeeldend cowboy (heerlijk vertaald als koibois) te zijn, trachten ze met een grote mond hun tegenstanders te vloeren. Tevergeefs. De kleine Christiaan draagt die natuurlijke onschuld uit, het naïeve, kinderlijke denken, zonder infantiel te zijn. Ofte hoe je je wil manifesteren in deze gevaarlijke wereld. Je hebt zelfs geen lachband nodig om te gieren. Is het bewust gekozen om de achtergronden met roodvariaties te bewerken eens Christiaan het liefdesveld betreedt? Het zwakt die zwartwitwereld waarin Christiaan voorheen vertoefde af. De liefde nestelt zich in zijn hart en zorgt voor oplaaiende emoties. Zowel geestelijk als lichamelijk. Minder charmant, minder komisch, maar even krachtig speelt Blutch met beelden geplukt uit zijn referentiekader. In de eerste helft waren dat Rahan, John Wayne, Lucky Luke en Steve McQueen, naderhand schuiven Kuifje, dezelfde Steve én Marlon Brando langszij. Vond je Blotch zo terecht geweldig, dit boek mag ernaast postvatten. Zij het met een andere ondertoon. Zonde van de weinig representatieve en nietszeggende kaft.
- Bessy 75: Bessy's vreemde vriend
- Bessy 99: De squatters
- Bessy 102: Kid, de Apache
- Bessy 106: Klinga van de lynxen
- Bessy 118: De Greenhorns
- Kleine Christiaan
- Nero 106: De gelukbrenger

maandag 30 augustus 2010

Een stortvloed

Interessant vormelijk document dat je een innemend verslag bezorgt van de vreselijke natuurramp Katrina. De impact die deze gehad heeft volgen we aan de hand van enkele getroffen slachtoffers. Hun getuigenissen worden hierin neergeschreven met een oprechte, schrijnende inslag. Al is Josh Neufeld geen groots tekenaar, hij weet het goed te maskeren en zelfs te upgraden via een uitstekende inkleuring. Deze monotone invulling met zeefdrukachtige intenties creëert een pakkende sfeer die je meteen laat meedrijven in de maalstroom. Vooraleer de euforie volledig de overhand krijgt, Neufeld is niet meer dan een verslaggever. Slechts zelden word je ge-, be- en ontroerd. Je blijft slechts afstandelijk observeren.
- A.D. New Orleans na de watersnood
- Bessy 134: De gouden rots
- Bessy 137: In het spoor van de eland
- Bessy 158: Het gekwetste paard
- Driften 2
- Lustige Kapoentjes 2
- Nero 77: Allemaal beestjes

zaterdag 28 augustus 2010

My name is Earl 1.2 - Quit Smoking

Een shot van twintig minuten is onbevredigend. Probeer maar eens te weerstaan om NIET een tweede aflevering meteen na elkaar te bekijken.
Al heb je zelf nooit last gehad van roken, de helse weg die verstokte verslaafden afleggen om van die stinkstokjes af te raken, het is alom gekend. Het wordt Earls vierde goede daad in twee afleveringen. De verbondenheid, het hand-in-hand-gevoel, de solidariteit én het doorzettingsvermogen. Je zou voor minder een sigaret in de mond steken om dan gedwee met Earl het gevecht aan te gaan.
Dé scène is natuurlijk wanneer het oude mannetje tijdens de rommelmarkt Luke, I'm not your father van Randy moet zeggen.
Hoera voor Earl.
My name is Earl. Seizoen 1. Aflevering 2. Quit Smoking. 2005.

My name is Earl 1.1 - Pilot

Depri, getormenteerd, verslagen, opgefokt of gewoon in een bui om je lekker lui te ontspannen? Nestel je dan comfortabel in de zetel en zet een episode van Earl op. Gegarandeerd dat je het leven weer lachend en ontspannend countert en alle stress en frustraties van je schouders vallen. Weg met de lawaaierige buur die je gemoed verzuurt, dat terwijl je een even nonconformistische buur en zijn stupide broer binnenhaalt. Dankzij een stripverkoper in Valkenswaard het eerste seizoen voor een prikje op de kop getikt.
De introductie met het karakter van Earl zet meteen de toon. Deze boef beslist om het lot niet verder te tarten om schoon schip te maken met al zijn fratsen en criminele activiteiten. Straffer nog: hij wil al de verkeerde daden uit het verleden rechtzetten. Qua bewustwording kan dit tellen. Als iedereen rondom ons daarmee zou beginnen, de wereld zou erop vooruitgaan.
Expressiviteit, humor, sterk acteerwerk, uiteenlopende hoofdrolspelers, een passende soundtrack (99 Luftballons van Nena) geflankeerd door een aanstekelijke moraal. Achteraf geloof je zelfs dat het nog goed komt met mijn buur!
My name is Earl. Seizoen 1. Aflevering 1. Pilot. 2005.

vrijdag 27 augustus 2010

Sex, drugs en RocknRolla

Een film van Guy Ritchie, da's gedurende twee uur alert voor het scherm postvatten met een notitieblokje -om alle karakters en plotwendingen te noteren- bij de hand. In razende vaart krijg je een bonte schare kleurrijke figuren voorgeschoteld die elk hun graantje in het misdaadmilieu willen meepikken. Gerard Butler die masculien prijkt op de affiche is slechts het stoere uithangbord, zijn rol loopt gelijk met die van talloze anderen. Het is eerder verteller Arch die het laken naar zich toetrekt en ons wegwijs maakt in heel het gebeuren.
Zoals steeds met hilarische situaties (Mumbles en One Two die de auto stelen, de 'a slap in the face' van Arch), uitstekend acteerwerk en bovenal vinnig viriele getypecaste muziek. Blijf bij de pinken en je amuseert je rot!
RocknRolla. Guy Ritchie. 2008. ***½

Ground control to Major Tom

De wetenschap staat voor niets. Het bewijs is uiteindelijk dan toch geleverd met verbluffend beeldmateriaal: er is water op Mars! Drinkbaar zelfs. In Nederland zouden ze zich afvragen of het Spa Blauw of Spa Rood is.

donderdag 26 augustus 2010

Work in progress

Altijd mooi om zien, de variatie op eenzelfde thema. Kijk hoe auteur Charel Cambré worstelt om de optimale cover te ontwerpen voor het nieuwste Jump-deel, getiteld Driezil. Voor wie de inhoud al wil kennen: "Dweezil gaat acteren! Ja, inderdaad, Lisa en Brains geloofden het eerst ook niet, maar hun beste vriend wordt de stuntman voor Casey Ryback, de bekende acteur. Wanneer de opnames voor de film beginnen, ontdekt Dweezil echter dat er meer aan de hand is: wie maakt dat SOS-signaal in die afgesloten container? En waarom sluipt de producers 's nachts rond over de set?" Het is nog tot november wachten. Ondertussen zoek je maar de zeven verschillen!

Iedereen leest Plunk

Iedereen leest Plunk!, da's duidelijk op de bijgevoegde fotografische documenten (Plunks blog is de betrouwbare bron, klik trouwens op de afbeeldingen voor een grotere voorstelling). Waarom jij dan nog niet? De surreële absurditeiten van Cromheecke en Letzer, het behoort tot een wereld waar het moeilijk toetreden is. Voorheen was het Taco Zip die je kennis liet maken met een radicale humor die zijn weerga niet kende. Plunk valt terug op deze C & L-basis. Echter toegankelijker. Dat is voornamelijk te danken aan de woordloze gebeurtenissen waarbij slechts de tekeningen een heldere gag representeren. Het team weet accuraat met klare beeldtaal onwaarschijnlijke passages uit Plunks leven tot leven te wekken. Niets zo moeilijk dan een lezer op elke pagina te leiden naar een humoristisch culminatiepunt. Hoe onaards ook, Plunks capriolen toveren makkelijk een lach tevoorschijn, zorgen voor een bewonderende aha-erlebnis waarbij je inschikkend knikt met de fantastische vondsten die de auteurs creëerden. Laat Plunk ook vlug deel uitmaken van jouw wereld!

woensdag 25 augustus 2010

Prijsbeest

Daar gaat dus mijn Jommekesverzameling. Nooit of te nimmer zal ze compleet zijn. De oelewappers van Ballon Comics, de uitgever van deze populaire Vlaamse reeks, hadden een slimme marketingtruc bedacht om de reeks feestelijk in de verf te zetten. Lezers mochten zelf een cover ontwerpen voor het 250ste deel. Volgens de eigen vrijgegeven cijfers een waar succes met de vele deelnemers (meer dan 3000) en internetstemmers. Na een eerste selectie was het de beurt aan een professionele jury (Jefs vrouw en dochter, de uitgever, twee studiotekenaars) om de knoop door te hakken. Altijd moeilijk natuurlijk om tussen al die kindertekeningen eentje te kiezen waar iedereen zich achter kan scharen. In ieder geval was Sven D’hondt de gelukkige wiens tekening op een zeldzaam exemplaar mocht prijken. Een honderdtal zijn er van gedrukt. En net daar knelt de schoen (maat 44 bij Zuster Maria-Theresa): "Wij krijgen sinds deze morgen gigantisch veel vraag naar het album met de winnende cover van Sven D’Hondt. Gelieve te noteren dat het Jommeke album 250 met de winnende cover louter is gedrukt in het kader van de grote tekenwedstrijd en niet zal worden gecommercialiseerd." Dixit de commercieel verantwoordelijke. Onverantwoordelijke ja. Help!

Kiekeboe anders

Herken je de vier auteurs die elk hun versie gemaakt hebben voor de Kiekeboe-cover De affaire ChiChi? Met een wedstrijd in het blad P-Magazine zou de lezer kunnen bepalen welke tekening een exclusieve herdruk van dit boek mocht bestieren. Of het nu met een zwaard, sabel of ander steekwapen gerealiseerd werd, deze farce was duidelijk doorgestoken kaart. Vlaanderen heeft een schone schare uitstekende (onafhankelijke) artiesten waaruit gepuurd werd, dus uitpakken met Jan Bosschaert, Charel Cambré en Dirk Stallaert is zeker geen schande, zelfs al zetten ze niet hun beste beentje voor (Stallaerts cover gaat de benevelde mist in). En dat P-huisillustrator Karl Meersman mag opdraven, dat vergeef je een (luizen)bladuitgever. Uiteindelijk kan je best ook in de eigen vijver vissen.
Is het de beperkte smaak van het P-ubliek of net de vooropgelegde mening van de hoofdredactie die de uitslag bepaalde? Pijnlijk moest je vaststellen dat het gedrocht van Meersman als winnaar uit de bus kwam. Sommigen zullen het zowaar bestempelen als ware kunst! Indien ik de gave had postbeambte te zijn, ik zou het beschilderde fotovlak met voldoende postzegels bestempelen om een verzending wereldwijd te verzekeren. Geen dank.

dinsdag 24 augustus 2010

Rommelmarktkoopje: Nero

Afgelopen zondag was er een rommelmarkt in Nossegem. Kleinschaliger dan in Oudenburg, minder gezellig ook. Heeft het te maken met de 'goesting' van het moment of is het de uitstraling van de omgeving annex standhouders waardoor je je eerder op een vreemde plek waant dan dat je je thuisvoelt. Of tenminste op je gemak. Na enkele kraampjes leek het duidelijk dat dit mijn dagje niet zou worden. Een vintage Adidas-tas, daar heb ik nog kwijlend naar gekeken. Vanwege de vrouwelijke uitstraling links laten liggen. DVD'tjes ook, alsof ik met de opkomst van blu-ray enkel nog 1 euro voor een gewoon exemplaar wil neertellen. Stripbakken loop ik doorgaans voorbij. Het geloof in de supervondst is al lang weggeëbd. En me als een geobsedeerde weer verdiepen in de materie waar ik dagdagelijks mee bezig ben? Neen, dank u. Toch had ik voor het vertrek in de boekenkast gekeken naar ontbrekende niet-besproken Nero-titels. De buit was aanzienlijk. Blijven slechts genoteerd, vijftien titels uit de rode reeks. Dus mocht je nummers 32, 43, 77, 92, 102, 104, 106, 107, 110, 114, 116, 117, 119, 121, 122 in bruikleen willen geven. Meer dan welkom. Ondertussen zoek ik verder.
- Nero 30: De rosse rupsen
- Nero 37: Zwoele Charlotte
- Nero 38: De man zonder gezicht
- Nero 39: De groene slapjanus
- Nero 41: Ottoman de veertiende
- Nero 54: De wraak van Grote Clo
- Nero 57: Hannibal
- Nero 58: Mister Nobody
- Nero 78: De groene steenbok
- Nero 81: Het monster van Sarawak
- Nero 85: De zwarte toren
- Nero 91: Koeketiene
- Nero 101: De dood van Pietje
- Nero 103: Het jaar van Ricardo
- Nero 105: De kleine Pieterman
- Nero Klassiek 22: Pol de Pijpegeest

maandag 23 augustus 2010

Geen drek: Star Trek

Je hebt nerderige en fanfavoriteregisseurs die zo verknocht zijn aan het origineel dat ze dit erg bekrompen willen vertalen naar een moderner geüpdate publiek. Vaak ontsporen ze en hervallen in de nostalgische heropleving van hun beeldingrijke fantasie. J.J. -Lost- Abrams leed niet aan dat fenomeen en recreëert een totaal nieuwe basis om met de Star Trek-piloten weer boldly de ruimte in te vliegen, waar no man has gone before.
Met een sublieme opener gooit hij alle registers open. De koppeling hierin van de dood met de geboorte levert een onnavolgbare, pakkende scène op. Zo goed dat je nu al beseft dat dit tijdens het verdere verloop van het verhaal niet meer geëvenaard kan worden. De eerste helft overdondert door de introductie van die o zo cruciale personages. Elk hebben ze hun specifiek karakter, steeds gemodelleerd volgens het collectieve geheugen. De rebelse grote bekker Kirk. Allesbetweter Spock. Drinkeboer dokter Bones McCoy. Uhura, Sulu, Chekov. Het is diep wachten tot in de tweede helft dat de basiscast compleet is. Dan schuift Scotty mee aan tafel!
Eigenlijk had de film geen spektakel nodig, de karakterontwikkeling van de protagonisten was immers voldoende. Noch de tijdruimtereizen waardoor je een vacuüm inlast dat voortdurend herhaalbaar is. Knap gevonden, edoch overbodig. Zo kon alvast Leonard Nimoy opdraven.
Star Trek. J.J. Abrams. 2009. ****

zondag 22 augustus 2010

Niet mans genoeg: The Wolfman

Met slechts Benicio del Toro, Emily Blunt en Anthony Hopkins als protagonisten, is het makkelijk raden naar de ware aard van dat rondwarend beest. Echt verrassend is de film niet, aangezien zelfs ik (die meestal onbekommerd de plot op zich af laat komen) de clou van mijlenver zie aankomen. De film draait dan ook eerder op acteursgebonden confrontaties. Een miscaste Hugo Weaving. Een stierse, stoere del Toro. Enerzijds frêle en kwetsbaar. Anderzijds viriel en erg bewust. Knap de vertolking die hij neerzet tussen de wrede ontberingen die hij moet ondergaan. Anthony Hopkins speelt de onderkoeldheid zelve. Een koelkast heb je in zijn buurt niet nodig. Emily Blunt is op haar beurt oerBrits met nostalgische gereserveerdheid.
De film is te langdradig om echt te boeien. En Danny Elfman maakt er traditiegetrouw een bombastisch muziekstuk bij.
The Wolfman. Joe Johnston. 2010. **½

zaterdag 21 augustus 2010

Voor wie de surrogaat haat: Surrogates

Een korte en krachtige film die voor een keer niet teert op langdradigheid. Met de uitstekende strip Surrogates als uitgangspunt kon Jonathan Mostow alle kanten uit. Het resultaat sluit nauw aan bij het origineel. Minder de structuur bewarend, opgedeeld in hoofdstukken per comic-deel (steeds functioneel ingeleid door informatieve pagina's à la Watchmen), wel rechtoe rechtaan actie en avontuur, gekoppeld aan die vertwijfeling van welke wereld je nu moet kiezen. Teruggaan naar het echte leven om te overleven en al je zintuigen weer ten volle benutten. Of leven aan een machine om een mooier leven te kunnen leiden?
De strip heeft meer ballen. De film meer spektakel, een toegift naar het grote publiek. Aangenaam om Bruce Willis erin te zien opdraven. Het verschil tussen de echte mens en het afgeborstelde surrogaatmodel wordt extra in de verf gezet. Mooie kleuren, passende muziek. Knap.
Surrogates. Jonathan Mostow. 2009. ***½

vrijdag 20 augustus 2010

Een sputterende diesel: Babylon A.D.

De eerste klank die vin Diesel uitslaakt is al voldoende om te beseffen dat dit mis zal lopen. Zijn Schwarzenegger en Stallone nog voldoende campy, vin Diesel heeft hét duidelijk niet. Als vechtersbaas kan deze zwaargewicht misschien tellen, als drager van een actiefilm niet. Geen enkel moment weet Mathieu Kassovitz meer uit te spoken dan artificieel te doen alsof (dit een big budgetfilm is). Hij holt met bewondering Mad Max en andere na-de-bom-Hollywood-films achterna, zonder de voornoemde te overstijgen.
Was xXx Vin Diesels carrièrehoogtepunt. Deze zou omgedoopt mogen worden tot o0o.
Babylon A.D.. Mathieu Kassovitz. 2008. **.

donderdag 19 augustus 2010

Een fabelachtige Fables

Fables is een fabelachtige menselijke ontmoeting met figuren die je reeds kende in andere -minder voor de hand liggende- situaties. Nu ze onze wereld bevolken en zich naar goeddunken geïntegreerd hebben, merken we hen welhaast niet op. Toch wordt hun universum wederom verstoord, ditmaal door de verdwijning van een cruciaal figuur. Schrijver Willingham katapulteert ons meteen in deze aanstekelijke thriller. Iemand is verdwenen, misschien zelfs vermoord. De detective gaat op pad en legt alle speurderselementen bloot. Als een echte Hercule Poirot brengt hij de verdachten samen en ontmaskert de dader in deze traditionele whodunit. Traditioneel, maar daarom niet gewoon. Vijf episodes lang volg je gefascineerd de dooltocht, met een noodzakelijke twist waarbij de lezer op het verkeerde been werd gezet. Vermakelijk en mooi, heerlijk om lezen. Enkel Sherilyn Van Valkenburgh gaat de mist in met de inkleuring. Zelfs al zit je in een feërieke wereld, hou het op zijn minst aards.
- Dylan Dog 6
- Dylan Dog 7
- Fables 1
- Filosofie in beeld
- Hokjesdenken
- Insiders 8
- Op reis met Bill

woensdag 18 augustus 2010

Roughnecks: The Starship Troopers Chronicles

Videogameanimatie als basis om een tv-reeks te creëren rond de befaamde Starship Troopers, de hoofdrolspelers in de gelijknamige film van Paul Verhoeven. Met alle stereotiepe karakters in verwerkt: de ongewilde held, de stoere bink met grote mond (totdat het er op aankomt), het verliefde grietje, de harde instructeur, de psychologische trauma's, dat je alles op voorhand al kan inlassen. Deze reeks zit zo vol clichés die storend zijn. Bovendien luister je naar een geluidsband die zo artificieel is dat de doodse beelden nog meer verstijven. Even ongeïnspireerd als de film: bespaar je de moeite, kijk naar de bron!
Roughnecks: The Starship Troopers Chronicles - The Pluto campaign. Andre Clavel. 1999. *

dinsdag 17 augustus 2010

The deception in Inception

Een spel met dromen waarbij je indringt en de verschillende onbewuste lagen doorbreekt, het is een gevaarlijk uitgangspunt. Als een traditionele Christopher Nolan blijf je gefascineerd voor het ogenschijnlijk geniale. Zonder denkwerk moet je alles op je af laten komen. Een onstuimige zee met hevige informatiegolven overspoelt je. Inception is een totaalbelevenis die je -waarschijnlijk- pas volledig naar waarde kan schatten eens de materie volledig gesavoureerd is. Het fenomeen waar ook The Prestige aan leed. De film zit zo complex in elkaar dat wanneer er hindernissen je kijkerspad kruisen, je zelfs de tijd niet hebt om terug te kijken en vragen te stellen. In eerste instantie onderga je dus Inception. Want enkele geweldige actiescènes houden je behoorlijk in de ban.
Inception. Christopher Nolan. 2010. Kinepolis. ***½

Een sluwe vos, die Reynaert

Scriptor René Broens heeft duidelijk met heel veel liefde en inzicht de basistekst hertaald. Via het opkuisen van misverstanden tot het beklemtonen van de melodieuze rijmelarij. Zijn immense passie komt naar boven wanneer je het zeer interessante nawoord leest. Pijnlijk moet je vaststellen dat wat Broens daarin vertelt méér te bieden heeft dan het 'origineel'. Onbegrijpelijk dat vanuit die optiek Reynaert niet werd aangepakt. De modernisering waarbij de klemtoon ligt op de interactie tussen woord én beeld. Jammer van Marc Legendres titanenwerk om deze Reynaert-adaptatie aanschouwelijk te maken voor een groot publiek. Al behelpt hij zich van mechanische middeltjes (foto's en photoshop), de krachttoeren die hij uithaalt met een voor de Nederlandstalige markt bijzondere stijl (het handelsmerk van Dave McKean) trekt je aandacht en zorgt voor een zekere sfeer. De opvallende symboliek en knipoogjes illustreren het niet zo gemakzuchtige denkwerk. Het mag niet baten. Met een loodzware tekst die het volledige slakkenritme afremt, val je in ongenade. Het medium strips is immers méér dan dat. Zonde. Trouwens, als er toch in rijm gesproken wordt, waarom kan deze dan ook niet als dusdanig geletterd worden?
- Jommeke 115
- Kador 1
- metropolitan 1
- Michael Jackson - De getekende biografie HC
- Michael Jackson - De getekende biografie SC
- Reynaert de vos
- Rimpels

The silence of the Lamb

Gelezen op HLN.be, gepubliceerd op 16/08/2010 om 16u48:
Huidige superhelden geven verkeerd signaal aan jongens
"De moderne superhelden zijn slechte rolmodellen voor jongens. Ze zetten aan tot geweld en gebruiken wraak als een manier om door het leven te wandelen. Volgens de Amerikaanse psychologe Dr. Lamb schetsen ze geen fraai beeld.
Superhelden die schurken tot moes slaan, zijn niet de manier om naar een vriendelijkere en minder machogerichte maatschappij te evolueren. In tegenstelling tot de striphelden uit het verleden die er een gewone baan op nahielden en sterk in sociale rechtvaardigheid geloofden, houdt het nieuwe ras van superhelden er meer agressieve, sarcastische en minder mensvriendelijke gewoonten op na.
Vroeger en nu
Volgens Dr. Sharon Lamb van de Universiteit van Massachusetts, worden moderne superhelden afgeschilderd met playboy-allures en zelfzuchtige manieren. De huidige superheld is een actieheld die deelneemt aan non-stop geweld. Hij is bovendien agressief, sarcastisch en wil zelden het goede voor de mensheid. Ze gebruiken vrouwen, pronken met blingbling en gebruiken geweren als teken van mannelijkheid. De helden van toen waren eerder echte mensen met echte problemen en kwetsbaardheden.
Rolmodellen
Volgens de Amerikaanse psychologe dringen marketinglui de vertekende en vernauwde versie van de mannelijkheid op aan de huidige jongens. Lamb wilde achterhalen hoe de media en marketinglui hun verkeerde opvattingen over mannelijkheid verpakken en ondervroeg 674 jongens tussen de leeftijd van 4 tot 18 jaar. Daaruit blijk dat er 2 rolmodellen ontstaan: de 'actieheld' en de 'luilak' die zelfs nooit probeert om zijn gezicht te redden. Denken jongens dat ze geen superhero kunnen zijn, opteren ze daardoor maar voor de luilak. Meestal zijn deze grappig, haten ze verantwoordelijkheden en gaan ze niet graag naar school. Kortom, eigenschappen waar jongens niet naar horen te streven.
Leugens
Nog volgens de psychologe dienen jongens van jongsaf te leren om zich te distantiëren van deze beelden of kunnen ouders helpen om de leugens erin te ontmaskeren. (lvl)"


Mevrouw de truttebel komt het eens even verkondigen aan de hand van geïnterviewde kinderen. En dan kopt zo'n krant, mijn favoriete sensatiebron, natuurlijk pronkend met deze Grote Waarheid.
Het stoort zelfs niet dat ze uitpakt met "het verkeerde signaal dat de superhelden geven aan de jongeren". Alleen de toevoeging van het bijvoeglijk naamwoord "huidige" maakt duidelijk waarom deze professor meteen aan credibiliteit inboet.
Volg sinds het begin der tijden de commentaren geschreven op superhelden en je zal merken dat hun invloedssfeer ALTIJD bekritiseerd werd. De verderfelijke bende die in hun belachelijke spandexpakjes de misdaad bestreed, wie heeft het recht om het recht in eigen handen te nemen? Of het nu een strip was of een film, in hoeverre kunnen kinderen fictie van werkelijkheid onderscheiden. Zijn wij, de volwassenen, niet degenen die hen jarenlang voor de gek houden met de gebaarde mijterdrager die op zes december kadootjes komt brengen als de kindjes tenminste een jaar lang braaf zijn geweest?
Niet om kwaad te spreken over één of alle onderzoekers, maar waar zit de nuance in het geheel? Welke criteria hanteerde ze? Waar legde Lamb de klemtoon op? Het ruikt hier eerder naar de middelen die het doel heiligen.
Als co-auteur van Packaging Boyhood: Saving Our Sons from Superheroes, Slackers, and Other Media Stereotypes is het aanvaardbaar wanneer ze alles op één hoop gooit en de goegemeente waarschuwt voor ALLE invloeden buitenaf. Dat we onze kinderen moeten beschermen voor het kwaad dat verkondigd wordt via alle media (muziek, film, tv, reclame, literatuur), creëer al maar het ideale vacuüm: de isoleercel!

maandag 16 augustus 2010

De film van Ome Willem: Jommeke - De schat van de Zeerover

Draken bestaan. En Jef Nys is er zelfs in geslaagd om d'r één te temmen. De stripauteur kreeg in 1968 Hollywoodiaanse allures en wou ook zijn papieren striphelden koste wat het kost verlevendigen. Geen poppenfilms waarmee Willy Vandersteen later uitpakte, wel een liveaction met echte acteurs in bestaande decor zoals Hergé het hem voordeed in Tintin et les oranges bleues.
Huis-, tuin- en keukenman Jef Nys nam als een doorwinterde boer veel hooi op zijn vork. De sonorisatie. De regie. De productie. De montage. Het camerawerk. Alleen de cameorol ontbreekt.
Het resultaat is ongewild en pijnlijk hilarisch. De overdeclamerende kinderen die net van de dictieschool komen en de mondhoeken expressief bewegen zodat elke blinde liplezer ze kan volgen. Een zigzaggende levensechte Flip die duidelijk maakt waarom hij het komende uur niet zal meevliegen in dit avontuur: hij draagt zorg voor de zieke bedlegerige Pekkie. De langgerekte kasseistroken die Jommeke en Filiberke belopen om hun doel te bereiken. De jongens leggen ongetwijfeld elk een marathon af. Met een verschrikkelijke geluidsband wordt deze langdradige actie alleen maar langgerekter.
Is het de weerslag van het overdonderende succes of net de schande van het herkennen dat Jefs zoon Dirk Nys, die Jommeke speelt, volledig van het stripveld is verdwenen. Terwijl andere familieleden zich comfortabel nestelden in het bedrijf, zie je Dirk niet meer in de productie van Jommeke opduiken.
Toch is het overdreven om de film volledig af te kraken. Bij het zien denk je automatisch aan oude TV-reeksen van de toenmalige BRT. Met een gelijkaardige houterigheid, een herkenbaar ABVN (algemeen beschaafd vlaams-nederlands) en een even traag ritme als een slak wiens levenswandel verzwaard wordt door een schildpad die op hem rust.
Jommeke: De schat van de Zeerover, een draak van een film, heeft ondertussen zo'n campy karakter. Velen hebben er al over horen spreken, slechts weinigen hebben de film gezien. Laat het voor jullie een fetisjwens blijven, want deze verboden vrucht smaakt behoorlijk zuur.
En toch is ondergetekende trots om deze zeldzaamheid als antiquiteit op videoband te bezitten (de officiële heruitgave door Retro Films in 1999). Pervers, niet?
Jommeke: De schat van de Zeerover. Jef Nys. 1968. *

De zondeval: Sin City

Gisteren maar vijf titels toegevoegd, vandaag een tandje bijsteken. Hoewel het leeuwendeel ingepalmd wordt door manga's, gaat Frank Miller met de eer lopen. Zo kwam het eerste deel van Sin City uit de bus: "Eindelijk in het Nederlands, deze gitzwarte hardboiled thriller. Zoals steeds in een filmnoir drijvend op een eenvoudig plotvlot (de getuige die uitgeschakeld moet worden), Marv(in) is de drijfveer waarmee Frank Miller aan de haal gaat. Het lijkt welhaast onmogelijk dat Miller oorspronkelijk slechts 46 pagina's voor hem gereserveerd had, want dit eerste Sin City-verhaal is duidelijk stevig geconstrueerd. Met de goedzakidioot die voor één keer het recht wil laten gelden over het hem gedane onrecht. Miller had inderdaad kunnen bezuinigen in de filmische beelden. Echter zijn zij het die dit boek een episch elan geven, die de actie voortstuwt, die je ademloos doen toekijken naar dat keiharde, wrede verhaal. De esthetiek van de clair-obscur, consequent van begin tot eind doorgevoerd, tonen een welhaast etsmatige grafiek. Teder en toch wreed. Liefdevol en toch hatelijk. Ondanks ontbreken van kleur illustreert Frank Miller dat je met zwat en wit wel degelijk kan nuanceren. Een meesterwerkje met literaire kwaliteiten."
- Bleach 10
- Bleach 11
- Bleach 12
- Leven van Anne Frank
- Regelaar 3
- Shaman King 22
- Shaman King 23
- Sin City 2
- Sin City 3

De missing link: het puzzelstukje

Jaarlijks zorgt 15 augustus voor een zekere tweestrijd. Enerzijds is er de Zomerhappening van jeugdhuis Nijdrop met de ambachtenbeurs en tal van activiteiten en optredens. Anderzijds is het Oudenburg, de internationale rommelmarkt.
Het binnenland voorspelde ongunstig weer, met wat geluk zou de poldergemeente buiten schot blijven. Dat deed het ook van 11 tot 16u00, netjes binnen de tijdsspanne waarbij alle kraampjes in de mate van het mogelijke gekeurd werden. Je mag dus de komende dagen nieuwe Rommelmarkt(mis)koopjes verwachten.
Het is een soort van sport geworden om uit te kijken naar leuke, onnodige hebbedingetjes. Zij het voor jezelf, of wetende dat iemand uit je omgeving iets specifieks kan gebruiken. Denk niet meteen aan vintage tupperware voor degene die zijn moestuingroenten beter wil conserveren. Noch aan kroonkurken om ontstopte flessen later toch te kunnen hervullen. Neen, eerder de folie van Smurfenverzamelaar Kris die eertijds alles in een gulle bui wegdeed om nu wederom de draad op te pikken. Kom ik dan ook iets ongewoons of moois tegen aan een aanvaardbare prijs, dan grabbel ik dat gerustellend mee. Blauw van jaloezie hoeft hij niet te zijn, naderhand wordt het toch uitgewisseld. Zo ook deze Smurfendorppuzzel uit 1980. Obsessief wil ik die dan ook eerst nakijken vooraleer te overhandigen, kwestie van geen kat in de zak door te geven. In plaats van te gaan voor de makkelijkste oplossing, die vijfhonderd stukjes tellen, zet je je naarstig aan het werk en begint met te sorteren. Tweeëneenhalf uur later luidt het droevige verdict dat die loze belofte van volledigheid niet overeenkomt met de werkelijkheid. Sorry, Kris. Maar zelfs met die gaatjes blijft het een mooie puzzel!

In de lift: Loft

Wat Loft zo verdienstelijk en zelfs uitzonderlijk maakt als 'Vlaamse' productie, is diens internationale professionaliteit. De beelden blinken ondanks de gedempte, neonachtige kleuren in een warme gloed, een designersfeer heerst, op zijn Michael Manns af. De muziek klinkt welluidend en geeft een rondomrond volume, een dreigende sfeer heerst. De acteerprestaties -o zo noodzakelijk om zo'n toneelmatig huiskamerdrama levensecht te maken- zorgen voor echte mensen, al dan niet gladde jongens, die d'r staan. Een menselijke sfeer heerst. Geruggesteund door sterke dialogen krijg je een interactie die natuurlijk overkomt. Van Looy (en de Pauw) heerst.
Loft drijft op de klassieke whodunit, met aanwijzingen die de kijker te gepaste tijd op het verkeerde been zetten, een spielerei waar je niet onderuit kan. Het totaalpakket mag in ieder geval gezien worden. Knap.
Loft. Erik Van Looy. 2008. ***½

zondag 15 augustus 2010

De adelaar gaat met het vinkenbrood vliegen

Een absurde titel (De Teenloze Adelaar) met een al even absurd sportonderwerp (wielrennen), wat mag je van zo'n album verwachten? En bovenal: hoe zou dit verhaal je -ondanks het voorbijrazend geweld- in hemelsnaam in vervoering kunnen brengen? Eén oplossing: zet een gemotiveerde Christian Lax achter de schrijf- en tekentafel en je bent als uitgever verzekerd een uitzonderlijk boek in handen te krijgen. Natuurlijk ben je sceptisch wanneer je De Teenloze Adelaar openslaat. In het begin vloeken alle beelden met jouw perceptie van hetgeen Lax voorheen presteerde in De Kraai. Geen voice-over die je meevoert in het kluwen van weldoordachte misdaden. Geen zwart-witte Franse polar. Erger nog, Lax stelt je geduld danig op de proef en laat je met een strak trainingsritme gestaag ontwikkelen in de wielersport. Geleidelijk aan het métier leren kennen. De droom wordt een hobby. De hobby een verlangen. Het verlangen een passie. Zonder pathetisch te worden, portretteert Lax het personage van Amédée in een reële wereld, gekenmerkt door talloze tegenslagen. Met vallen en opstaan, als een reflectie van de menselijke levensloop, geeft hij zich niet gewonnen. De ware coureur Lax beklimt de koninginnenwedstrijd. Opwaarts naar de climax. Een climax die niet eens eindigt in mineur. Want ondanks het dramatische karakter, is De Teenloze Arend een prachtige ode aan het leven. Geef nooit op!
- Jaren van de olifant 2.1
- Severin 6: Don't be afraid
- Severin 7: Little book in a box - Harry sauve la planète - La conquête
- Vinkenbrood
- Wachters 2

zaterdag 14 augustus 2010

Fred de Heij in 't Wonderlandje

Mmm, een eigen vertaling van Autobio niet bovenaan of extra in de kijker zetten, waarom zo'n onderdrukte valse bescheidenheid? Omdat Fred de Heij in de weg zit en de ban breekt natuurlijk. De snoeshaan waagde het zo maar eventjes een geschifte geschikte, scherpe en rake satire neer te pennen. Hang samen met hem het beschaafde varken uit in 't Landje:

- Alice in Wonderland
- Autobio 2
- Bone 6
- F.C. de Kampioenen 62
- Landje 1
- Lefranc 21
- Reiziger 10

Watchmen: Under the hood

Duurde Tales of the Black Freighter twintig minuten, Under the hood is dubbel zo lang. Zonde dat dit niet geïncorporeerd werd in de film. De documentaire met persoonlijke interviews creëert een sfeer van echtheid, alsof die superhelden daadwerkelijk tussen ons wonen en leven. De archiefbeelden versterken de suggestie als zou dit deel uitmaken van onze geschiedenis. Nochtans zijn de karakters van de superhelden reeds afgebakend in de strip/film, hierin meer ruimte om de oude garde van de Minutemen te portretteren. Zo kom je te weten hoe slechterik Edgar Jacobi (Moloch) denkt over al het gebeurde: "Superhelden creëren automatisch ook superslechteriken." Het naturel van de documentaire is iets te glad door enkele acterende acteurs.
Watchmen: Under the hood. Eric Matthies. 2009. ***½

vrijdag 13 augustus 2010

Voor al wie hunkert naar een bunker

"Leuk, eigenzinnig hebbedingetje dat als stopstrip al uit de ban springt door de vormelijke creativiteit die Reinhart aan de dag legt. De armetierige lijfjes met luciferarmpjes bewegen zich als vanzelfsprekend voort in een even minimalistisch decor. De auteur plukt uit de dagdagelijkse leefwereld en dat zorgt voor heel wat herkenbaarheid. Eervol en onbeschaamd plaatst hij zijn personages in voor de hand liggende situaties. Toch moet je het maar bedenken. Fris." Veel lof voor Reinhart bij het verschijnen van deel 1. Haalt Hunker Bunker 2 even positief uit?
- Bakelandt 39 Herdruk
- Figaro 5
- Hunker Bunker 2
- Nero Tuizentfloot Trilogie 11
- Nero Klassiek 28
- Nero 35
- Smurfen 29

Watchmen: Tales of the Black Freighter

Puike prestatie van Zack Snyder om ook dit element uit het grote Watchmen-pakket te verfilmen. Alleen verliest het als animatiefilm zijn elementaire, afleidende functie om je te wijzen op het morele verval van de (leidende) mens. Tales had inderdaad niet afgescheiden mogen worden van de film. Net als de strip in de strip onderdeel uitmaakt van het epos. Het totaalbeeld verdwijnt.
Wat je ziet is de verfilmde EC Comic van Alan Moore, met een slecht gekozen narrator (Gerard Butler). Het hoogtepunt is de aftiteling met op de achtergrond Pirate Jenny van Nina Simone.
Watchmen: Tales of the Black Freighter. Daniel DelPurgatorio, Mike Smith. 2009. **½

donderdag 12 augustus 2010

Lotsbestemming: het boek van het lot

Bovenal hou ik me met strips bezig. Dus toch maar best de draad oppikken vooraleer de achterstand mijn eigen loopgraaf creëert.
Een album waar een naam van het geslacht Le Tendre op prijkt, liefst Serge, moet je in de winkel langer vastnemen dan een oogopslag. De productie van deze gerenommeerde scenarist is niet zo hoog, de kwaliteit ervan echter van zo'n onorthodox niveau dat je dubbel plezier mag verwachten. Vooral met Christian Rossi vormde hij een tandem -die eens op dreef- indrukwekkende prestaties afleverde. Niet ondenkbeeldig dat artiest Biancarelli graag met de meester wou verstrengelen voor een aparte lotsbestemming. Biancerelli is immers een rasechte leerling van Rossi en dat kan je in zijn tekeningen zien en valt van de pagina's af te lezen. De samensmelting Biancareli-Le Tendre levert meteen één van de beste strips van het jaar op. Visueel door de flair waarmee de artiest zich van zijn 'taak' kwijt. Een speelse uitdaging om de lezer continu te verrassen met stilistische pareltjes (zo geplukt uit Breccia's werk, plaat 20), de composities, het leesritme, de leesrichting, de virtuositeit van de camerabewegingen. Een lust voor het (geoefend) oog. Natuurlijk verdient Le Tendre evenveel lof. Hij is degene die het instrument aanbiedt: spannend, gevarieerd en verrassend. Het is inderdaad ook jouw lot om Het boek van het lot aan te schaffen.
- Boek van het lot 1 HC
- Boek van het lot 1 SC
- Congo 50
- F.C. de Kampioenen 63
- MW 2
- Tom Carbon 5 HC
- Tom Carbon 5 SC

Rommelmarktmiskoopje: Last Action Hero soundtrack

Arnold sprong niet alleen letterlijk uit het scherm, hij sprong ook uit zijn traditionele rol van stoere actieheld die zielloos ronddwaalt. Alsof hij zichzelf wou verantwoorden met een karakterrol, Last Action Hero was hem op het lijf geschreven.
Logisch dat ik me laat verleiden door die herkenbare filmposter die prijkt in het doosje wanneer ik deze kan meegrabbelen voor een euro. De muziek weerspiegelt toch op zijn minst de goede herinnering aan de film?
AC/DC, Alice in Chains, Megadeth, Queensrÿche, Def Leppard, Anthrax, Aerosmith, Alice in Chains, Fishbone, Tesla (voor de titelsong). Het valt op dat in dit genre behoorlijk wat groepen wedijveren om vooraan in een alfabetische lijst te kunnen opgenomen worden.
Het vermoeden wordt meteen bewaarheid. De compilatie is een samenstelling van mietjeshardrock, gesublimeerd door een groep als Aerosmith. Veel bombastisch gitaargeweld met een ruimtelijke vulling die je onderdrukt. Bon Jovi meets Bryan Adams. Zwaarbeladen vol pathetiek en monotoon waardoor je vreest dat het een hele tijd zal duren eer ze een toontje lager gaan zingen. De uitzondering is Cypress Hill. Na die depristortvloed hip je, hop je en hap je terug naar adem. Rustgevend zelfs!
Het ontbreken van het grote succes bij de release van de Last Action Hero-film heeft niet voor de heropleving van de hardrock gezorgd. Een goeie vijftien jaar later mag AC/DC wél genieten van een succesvolle comeback. Dit keer dankzij het artistieke en commerciële succes van Iron Man. Toch betwijfel ik of de CD daarvan ooit mijn positieve gemoedstoestand mag overschaduwen.

Will Tura zingt: Arme GI Joe

Met titels als The Mummy, The Mummy returns, The Scorpion King en Van Helsing achter zijn naam moet je niet meteen verwachten dat Stephen Sommers een geheel andere kijk gaat geven op de supersoldaat. De tegenhanger of Amerikaanse variant van Mattels Big Jim annex Action Man wordt verlevendigd door Channing Tatum, de nieuwste recruut van de GI Joe, een universele elite-eenheid. Wie verwacht ondergedompeld te worden in de rite van loutering, annexatie en acceptatie van de nieuwe vreemde eend in de bijt, komt bedrogen uit. GI Joe: The Rise of Cobra teert enkel en alleen op de spetterende actiescènes, duidelijk gekenmerkt door een overdaad aan CGI-special effects. Over het algemeen grotesk bombastisch, maar af en toe een geniale glimps versterkt door een lach (het uittesten van het ultrasnelle pak 'on the job'). Sommers probeert er nog wat psychologische diepgang in te proppen door het verleden met brokken op te rakelen, het past niet in het rijtje. Bovendien verlengt het de langdradige duur. Ingekort ware beter geweest. Knap is de gelijkenis met de speelpoppen. Elke acteur neemt telkens een plastieken houding aan! Een Dennis Quaid ten spijt.
GI Joe: The Rise of Cobra. Stephen Sommers. 2009. **

Van nature uit 2: Nergens bang voor

Eén van de tofste inkijkstrips van het jaar was ongetwijfeld Elke dag tegenslag. Auteur Jean-Christophe Chauzy toonde exhibitionistisch de amoureuze veroveringen die hij geregeld onderneemt, de harde confrontaties met zijn strippubliek en de opkomende mannelijke kwaaltjes die hem teisteren. Voor een man met hypochondrische trekjes erg vervelend!
In Nergens bang voor is het niet anders. Een medisch onderzoek dat verrassende resultaten oplevert met een zak die doorzakt en vrouwen die hun mannetje weten te staan tegenover deze kleinzerige man, is het voor de kalende veertiger een hele opgave om zich staande te houden. Gelukkig wapent Chauzy zich met voldoende kleurrijke zelfspot dat het wederom gniffelen geblazen is.
Nergens bang voor, de enscènering van het leven zoals het is... van een stripauteur.

Zuster Maria-Theresa 2: Wees gegroet

Daarnet het vriendelijke verzoek gekregen om de uitgever van Glad IJs te voorzien van twee nieuwe folderteksten voor de te verschijnen strips op het einde van dit jaar. Op hoop van zegen! is het eerste deel van Zuster Maria-Theresa van Scherpenheuvel. Deel twee zal de welluidende titel Wees gegroet dragen. En hoe introduceer je dat? Zo:

Wees gegroet Maria-Theresa,
vol van satirische genade.
De komische Heer zij met U.
Spiritueel gezegend zijt Gij boven alle vrouwen,
en gezegend is de zwartgallige vrucht van Uw lichaam, Brian.
Schijnheilige Maria-Theresa,
Moeder Kabouter Gods,
lach met ons, arme zondaars,
nu en in het uur van onze tragikomische dood.
Allen samen: Amen.

Rommelmarktkoopje: Trainspotting soundtrack

Kan je het sporadisch aankopen van een 'collectiestuk' verzamelen noemen? Net als dat er weinig tijd over blijft om films te bekijken, dompel ik me nog zelden onder in muziek. Tijdens het lezen wil ik liefst postvatten in een geluidsvacuüm, zonder storende elementen op de achtergrond. Muziek behoort ook tot die afleidende klasse. Overdag kan nog net de radio op om bij tijds het nieuws te volgen. Om te vermijden dat ik niet volledig van deze wereld vervreemd vanuit mijn ivoren toren. Wordt toch een schijfje in de CD-speler gestopt, de kans is groot dat het filmmuziek bevat. Niet geïmponeerd door groots georkestreerde arrangementen, kom ik graag tot rust met easy listeningscores. Degene die het niet nodig hebben om plat of melig te zijn, wel van het wegdroomtype (Peter Gabriels Birdy). Een uitzondering daarop zijn de compilaties. Die houden me nog enigszins in contact met diverse stijlen, diverse generaties ook. De verzamel van Vanilla sky is daarvan het uitstekende voorbeeld!
Afgelopen zondag op een rommelmarkt weer leuke vondsten gedaan. Welk risico neem je immers als je voor één euro iets kan meegrabbelen. Of ik de film ooit zal kopen, valt te betwijfelen. Maar alleen al om Born Slippy te hebben, kan je best de filmmuziek van Trainspotting in huis halen. Aanstekelijk word je swingend aangewakkerd met popklassieker Lust for life. De tot treurens toe gedraaide schlager blijft zijn effect behouden. Je hebt inderdaad een zekere zin in het leven. Brian Eno en Primal Scream doen het rustiger aan en vatten het esoterisch op, de ene al wat ritmischer dan de ander. Voor wie een paddenstoelknaller verwacht, Sleepers Atomic is een losse flodder, laat sommige venijnige zaken aan Blondie over. Britpop heerst met een electrobestelling van de nieuwste New Order-orde, een nachtclubbende Iggy Pop en een gitaarwazige Blur in melancholische stemming Sing wenend. Een perfecte dag wordt ingezet door de kwetsbare Lou Reed. Pulp geraakt een eindje verder in Mile end. Electro Bedrock, een zagerige Elastica en een finale hit voor Leftfield. Om bijna af te sluiten met Underworld. Die eerste drie minuten kan je voortdurend op continuous repeat zetten. Blur-eenzaat Damon Albarn mag het geheel frivool en speels afsluiten.
Danny Boyle wist duidelijk hoe hij zijn film hip en trendy moest maken. Met een selectie uit de Britse crêmemuziek levert hij de kers op de taart. Een koopje, deze op tijd gespotte CD.

woensdag 11 augustus 2010

Uit evenwicht: Equilibrium

De mens is verworden tot emotieloze robots. Om ons te vrijwaren van nieuwe potentiële oorlogen, moeten we alle gevoelens bannen, zowel pijn en woede als liefde. Do androids dream of electric sheep (kan je dromen wanneer alle 'zin'tuigen uitgeschakeld zijn) annex 1984 (de totalitaire staat, Big Brother) annex V for Vendetta (de Shadow Gallery, het bewaren van schoonheid door middel van kunst) met een visuele zweem van The Matrix (het geweldballet). Christian Bale ontwaakt uit zijn slaap na het weigeren innemen van zijn Prozium, de opium voor het volk. En ineens ervaar je de wereld anders! Opgekropte emotie leidt tot extreme uitbarsting. Hoe kan je ongemerkt cool blijven? Voor een gezichtloze acteur als Bale is het niet moeilijk de strenge onderkoeldheid van het karakter John Preston te spelen. Een koude film met weinig passie waarbij de sfeer primeert boven het totaalpakket. Hoe rijm je het gejuich en geklap na een speech van de Leider met de ideologie van non-emoties?
Equilibrium. Kurt Wimmer. 2002. **½

Verfilmde strip: Watchmen Motion Comic

Een indrukwekkend huzarenstuk om die stripbeelden afzonderlijk telkens te bewerken in twaalf afleveringen van 25 minuten elk! Figuren uitgeknipt en laten bewegen, hoe summier ook, lichteffecten aanbrengen (oa Rorchachs vlekkenspel op het gezichtsmasker, zelfs beter dan in de echte film), diepte suggereren door de lens te focussen. Door de echt gedeclameerde dialogen en bindingsteksten (met aanvullend de projectie van de tekstballonnen) merk je pas de nadrukkelijke correlatie goed tussen tekst en tekeningen. Maar gek genoeg wordt het hele filmische karakter van de strip compleet onderdrukt. Door het wegvallen van de typische (en gedisciplineerde) striplayout van Dave Gibbons, mis je een belangrijk deel van de koek. Zelfs als deze minimale animatie de 'statische' beelden hergebruikt, dan ontbreekt die strakke paginaopbouw (één van de hoogtepunten van Watchmen). Bovendien verarmt de productie door het gebruik van slechts één verteller. Watchmen bevat immers een gevarieerde, uitgebreide cast met elk hun specifiek timbre/karakter. Die diversiteit wordt gewist, een tweede vrouwelijke stem gaf het geheel wat meer ademruimte (en geloofwaardigheid). Bravo alvast voor de effecten en de technische uitvoering. De extremiteit van John Higgins' inkleuring valt extra op. Het blijft 'schreeuwlelijk'. Trouwens, de informatieve tussenstukken ontbreken! Deze versie geeft alvast weer zin om de liveactionversie terug te zien.
Watchmen Motion Comic is de ultieme oplossing voor luie lezers. Alles wordt netjes ingelepeld.
Watchmen Motion Comic. Jake Strider Hughes. 2008. ***

Netjes afgebakend: District 9

Wikus Van De Werves Engels dialectaccent verrast. Zelden wordt een horror/actieprent met antiracismeondertoon vanuit een Zuidafrikaans perspectief gemaakt. Uitstekend natuurlijk die keuze om aliens in thuislanden te proppen, net daar waar alles ook historisch werd toegepast. Het biodocu-achtige versterkt de intensiteit. Vooral de becommentariërende bijdrages van 'zwarten' die hun moordende kritiek geven op deze verstekelingen die hier niet thuishoren, is schrijnend.
De held van de dag is een sullige schlemiel met Boratallures. Op termijn wint hij de sympathie van de kijker. District 9 is een interessante inkijk op (mensen)haat, sluw verpakt. Hoe de aliengemeenschap ontwikkelt en overleeft, met een eigen rangorde door de introductie van de criminaliteit (de Nigerianen die oogluikend mogen opereren).
De film splitst zich op via de morele kwestie. Hoe een besmet iemand behandelen? Of beter nog: hoe hem exploiteren? Wikus' metamorfose gaat de richting uit van Jeff Goldblum in The Fly. Om algemene publieke voldoening te krijgen, is de film opgesmukt met een behoorlijke portie splash and splatter. De goeie muziekscore verrijkt.
Wordt gezien het succes gegarandeerd vervolgd.
District 9. Neill Blomkamp. 2009. ***½

Klopjacht: Smokin' Aces

Een simpel plan voor een simpel plot. Een verklikker die het imperium van een maffiabaas wil onderuit halen, moet uitgeschakeld worden. Verschillende hitman nemen de opdracht met plezier aan. Wie schakelt wie het eerst uit?
Een film genre Guy Ritchie, maar dan minder beheerst, minder gestyleerd. Of te koppelen aan de gekte en verrassende twist in een zwarte komedie van de Coen Brothers. Alleen met een grotere portie geweld en actie.
Smokin' Aces levert komische scènes op. de oma met haar geflipte karatekidkleinzoon, het buikspreken met Ben Afflecks dode lichaam als instrument, de shootout in de lift.
Ben Affleck is schattig om hem te zien worstelen in een poging Brad Pitt uit Snatch de loef te kunnen afsteken. Al kan hij er bijlange niet aan tippen, zijn rolletje amuseert. Je vermoedt dat Robert Downey Jr niet beschikbaar was. De rol van Buddy Israel, hier vertolkt door surrogaat Jeremy Piven, was hem op het lijf geschreven.
Smokin' Aces is een goeie film over eer en verraad met zwarte humor gemaakt. Met een goeie cast (Ray Liotta!) en goeie muziek.
Smokin' Aces. Joe Carnahan. 2006. ***½

dinsdag 10 augustus 2010

Nog eens teruggespoeld: Be kind, rewind

Nog geen zes maanden verder en toch weer eroverheen gezapt. Be kind, rewind, iets dat in elke dvd-rek thuishoort. Met als basiselement één van de grondleggers van de moderne jazz, helemaal anders dan dat Igort hem portretteert in de gelijknamige strip Fats Waller. Gondry maakt een mooie cirkelbeweging te beginnen met de onbegrijpelijke generiek waarin de essentie van de film vervat zit. Het verhaal van de typische buurtwinkel die bedreigd wordt door een grote keten of projectontwikkelaars is herkenbaar.
Heb jij ook zo'n hekel aan Jack Black en Def Mos, de windmakers van dienst zijn irritant opdringerig. Het voelt alsof de acteurs voortdurend freewheelen en vrij spel hebben om te improviseren en dat de film enkel enkele basisscènes bevatte waarrond gewerkt moest worden (de sabotage van de stroomcentrale, het sweden van Ghostbusters, Rush Hour, Robocop, The Lion King, When we were kings, 2001, King Kong, Carrie, Men in black, Driving Miss Daisy). Gezweedst? "It's a country. Not a verb!" Mia Farrow daarentegen is schattig. En Dany Glover iets te goedgelovig.
De sterkte van Be kind, rewind is dat Gondry heden ten dage een zeer menselijke screwball comedy maakt die in de lijn ligt van Frank Capra's klassiekers. Een voel-je-goed-prent à la A wonderfull life en je op het einde toch weer gelooft in de mensheid. Een grootse finale met het uiteindelijke resultaat van hun eigen film met fantastische pianomuziek op de achtergrond. Gondry en de cast vegen alle irritaties van tafel en ontroeren met een superclimax.
Be Kind, rewind is een ode aan de creativiteit, opoffering, waardigheid en vriendschap. Warmhartig.
Dit was het eerdere oordeel: Be kind, rewind.
Be Kind, rewind. Michel Gondry. 2008. ****

Een specifieke moordenaar: Ninja assassin

Gestoord, geschift, ziekelijk met een opneningsscène waarvan je maag omkeert. Snoodaards zouden het durven bestempelen als zijnde stripgeweld. Neen! Dit is puur gratuite exploitatie, om de bloeddorstige waanzin van argeloze kijkers te bevredigen. Dienen deze wreedheden om de weerstand van de kijker te breken? Of om de grens steeds verder te leggen? Wat bezielt de broertjes Wachowski om meedogenloos popcorngeweld te tonen, met James McTeigue als hun werkende hand, ja, die van V for Vendetta.
De clou van het verhaal: "Zwakte ondermijnt kracht. Verraad kost bloed." Gestileerd of niet, het blijft zinloos Tarantino-geweld tot de tiende macht. Bovendien spelen alle actiescènes zich in het donker af, waar ze best nachtkijkers hadden bijgeleverd. Voor wie het uithoudt: de beste scène bevindt zich achterin, tijdens de grote confrontatie. Een kort schaduwspel zet de twee rivalen even al vechtend tegenover elkaar. Dit is geen Ang Lee!
Ninja assassin. James McTeigue. 2009. **

Versilverd: Silverado

Kevin Klines opgeplake baard (steeds beter dan zijn gebruikelijk gladde aal-gezicht), een jeugdig frivole Kevin Costner (à la Dennis Quaid), een onstuimig dubbelspelspelende Jeff Goldblum, de ruwe bolster met zachte pit Scott Glenn, een niet zo gitzwarte Dany Glover, een overtuigde sheriffschurk Brian Dennehy. Silverado wordt vooral gedragen door de enthousiaste cast. De film straalt en maakt duidelijk dat deze western voor enkele opnamemaanden duidelijk de speeltuin was voor de acteurs.
Je merkt dat Lawrence Kasdan uit liefde voor het genre zijn variant op de western wou maken, hij had beter eerst een leerschool gevolgd vooraleer zo'n grootse productie aan te vangen. Langdradig en gespijsd met te veel subplots. De regisseur wil het gefilmde materiaal optimaliseren en heeft duidelijk moeite om met de schaar erin te knippen. Het had eenvoudiger gekund. Hoewel het hoofddeuntje deugt als thema is de muziek -naar analogie met die van andere klassiekers- veel te bombastisch.
Silverado is een fullcolour zwartwitode aan het onbezoedeld heroïsme. Goed en kwaad staan lijnrecht tegenover elkaar. Gesp je holster al maar om.
In de hoop een glimps op te vangen van enige bekende locaties, tevergeefs. De opnames waren in New Mexico.
Silverado. Lawrence Kasdan. 1985. ***